Kamer zet eerste stappen met doorzettingsmacht en ervaringsdeskundigheid
Dinsdag 4 februari is er in de Tweede Kamer gestemd over 11 moties die de ggz betreffen. De meest in het oog springende moties gaan over het regelen van doorzettingsmacht en de vergroting van de inzetbaarheid van ervaringsdeskundigen.
Inzet van ervaringsdeskundigen in contractering verzekeraars
De motie over ‘ervaringsdeskundigen’ is breed gesteund (D66, CDA, VVD, PvdA en 50plus) en verzoekt de regering om in gesprek met verzekeraars en ervaringsdeskundigen te gaan om de inzetbaarheid van ervaringsdeskundigen te vergroten.
De motivatie van de indieners is dat 'ervaringsdeskundigen een krachtig signaal geven dat je van een psychische aandoening kunt herstellen en zij een belangrijke rol spelen bij destigmatisering'. De indieners stellen ook dat verzekeraars nog geen gebruik hebben gemaakt van de door de NZa gecreëerde mogelijkheid om de inzet van ervaringsdeskundigen in de contractering op te nemen.
De strekking van de motie is een goede zaak en maakt een begin om ervaringsdeskundigheid nog beter en breder in te zetten. MIND zal naar aanleiding van deze motie de Kamerleden nader informeren over haar visie op de inzet, nut en noodzaak van ervaringsdeskundigheid.
Doorzettingsmacht moet er nu komen
In het kader van de wachtlijsten pleit MIND al jaren voor een stevige regionale doorzettingsmacht die naast de patiënt en naasten gaat staan. In het bijzonder de moties Motie Diertens (D66) en Van den Bergen (CDA) en Motie Renkema (GroenLinks) en Kuiken (PvdA) gaan hierover.
De eerste motie is aangenomen. Dat betekent dat de Staatssecretaris nog voor de zomer per regio zoveel mogelijk op eenzelfde wijze doorzettingsmacht moet organiseren en daar probleemeigenaarschap aan toe moet kennen. In het debat vorige week was de Staatssecretaris afhoudend en stuurde aan op overleg met zorgverzekeraars en aanbieders. Hoe deze ‘plannen van aanpak’ tot stand gaan komen, zal de Staatssecretaris volgende week per brief aan de Kamer laten weten.
Motie Noodmaatregel
MIND is blij dat zaken in beweging zijn gebracht, maar vraagt zich af of de motie van D66 en CDA echt gaat werken in de praktijk. Wat als er nog steeds niets verandert, na de gesprekken van de Staatssecretaris? In dat kader hoopt MIND dat de motie met als titel ‘Noodmaatregel’ van GroenLinks en PvdA ook wordt aangenomen. Deze motie is vooralsnog aangehouden door de indieners, om meer steun te verkrijgen.
De motie verzoekt de regering de regie op het wegwerken van de wachtlijsten te nemen en een voorstel tot wetgeving te doen waarin bovengenoemde doorzettingsmacht aan de Staatssecretaris wordt gegeven. Opdat hij ongehinderd door deelbelangen beslisruimte krijgt om in individuele gevallen een noodmaatregel te treffen. De motie verzoekt de regering tevens de eerste contouren van dit wetsvoorstel uiterlijk op 27 februari naar de Kamer te sturen.
De motie ‘Noodmaatregel’ is in de ogen van MIND een mooie stok achter de deur indien de motie van Diertens c.s. tot onvoldoende resultaat in de praktijk leidt.
Kamer houdt vinger aan de pols: twee AO’s GGz voor de zomer
Goed nieuws is in elk geval dat de Kamer vaker over de ggz in debat wil en nog voor de zomer twee maal een Algemeen Overleg GGZ heeft ingepland: op 25 maart en op 18 juni. De brief van Staatssecretaris is nu het eerst volgende ijkpunt.
Alle moties zijn te vinden op de website van de Tweede Kamer.
Lees onze eerdere nieuwsberichten over het AO ggz op 29 januari, de ingediende moties en de vragen die MIND vooraf indiende.