MIND roept op om de kans op werk na TBS te vergroten

worker-5736096_640

Maandag 16 september wordt het laatste deel van de Documentaireserie “TBS: aan de andere kant” uitgezonden. In deze documentaire, geregisseerd door Jessica Villerius, wordt het systeem van TBS, de zwaarste vorm van forensische zorg in Nederland, belicht en bediscussieerd vanuit verschillende perspectieven. De serie maakt ook zichtbaar hoe moeilijk het is om na de TBS aan werk te komen. En dat het ontbreken van een uitkering ervoor zorgt dat ze geen gebruik kunnen maken van (subsidie)regelingen die de kans op werk vergroten. Dit hindert mensen in hun herstel en verhoogt de kans op terugval of zelfs op recidive. MIND roept op om de kans op banen voor mensen na een TBS-behandeling te vergroten. Dit kan bijvoorbeeld door mensen tijdens en na hun TBS toegang te geven tot opname in het doelgroepregister en door de begeleiding naar werk van deze doelgroep te vergoeden.

Stigma en regelgeving ontnemen de kans om aan werk komen

In de laatste uitzending van de documentaireserie op 16 september komt Hilde Koelmans, nu beleidsadviseur bij MIND, aan het woord over de beperkte baankansen van mensen met TBS. Op het moment van het filmen was zij nog werkzaam als reïntegratiebegeleider, onder andere van Andy, die in de documentaire is gevolgd. Hilde geeft in de documentaire aan dat werkgevers vaak grote moeite hebben met mensen met een TBS-behandeling. Dat komt voor een groot deel vanwege het stigma dat op hen rust, maar ook doordat er in principe geen mogelijkheden zijn voor werknemers om aanspraak te maken op subsidies voor deze doelgroep. Dit terwijl werk en inkomen (of het perspectief daarop) essentieel zijn voor iemands mentale herstel, voor zingeving, sociale contacten, structuur en bestaanszekerheid.

Resocialisatie bevorderen

MIND is er voor alle mensen met licht en zware psychische problemen, dus ook voor mensen die behandeld worden in de forensische zorg. Jaarlijks stromen gemiddeld 100 mensen na zorgvuldige afweging en resocialisatie uit de TBS met dwangverpleging. Vanaf dat moment ondervinden zij de gevolgen van hun delict en hun psychische aandoening in de maatschappij. De huidige situatie is dat mensen met een TBS-verleden als blijvend gevaarlijk en onberekenbaar gezien worden, ook als zij zijn uitbehandeld en de rechter besluit om de dwangverpleging niet te verlengen. Tevens kampen zij met een erg groot ‘gat’ in hun CV: de gemiddelde behandelduur is 9 jaar. Hun kans op het krijgen van een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) is zeer beperkt, ook in sectoren die geen verband houden met het door hen begane misdrijf. En mensen met een TBS-maatregel komen vaak niet in aanmerking voor opname in het doelgroepregister. Zodoende komen werkgevers niet in aanmerking voor subsidieregelingen om hen aan te nemen, zoals no-risk polis en loonkostensubsidie. Deze werknemers kunnen dus niet worden meegeteld voor de Banenafspraak. En omdat zij geen uitkering krijgen, wordt ook de begeleiding naar werk niet bekostigd door UWV of gemeente. MIND roept om tijdens de laatste fase van de TBS de resocialisatie te bevorderen door opname in het doelgroepregister mogelijk te maken en de begeleiding naar werk voor deze doelgroep te vergoeden.

Meer nieuws