Geduld is op: langer wachten op Wlz is onaanvaardbaar

26 maart - MIND: weer uitstel Wlz is onaanvaardbaar

Volgens staatssecretaris Blokhuis zullen ggz-cliënten pas in 2021 toegang krijgen tot de Wet langdurige zorg. MIND is hier zeer verontwaardigd over. Cliënten zijn al vier jaar lang aan het lijntje gehouden. Het geduld is nu echt op!
De Tweede Kamer heeft in 2014 de motie Bergkamp-Keijzer aangenomen om toegang van ggz-cliënten tot de Wlz te regelen. Moet de uitvoering zeven jaar (!) op zich laten wachten? Duizenden cliënten en hun naasten blijven al die tijd in onzekerheid. Onder hen is een groep cliënten van wie het voor iedereen buiten kijf staat dat zij een plek binnen de Wlz verdienen, maar die er door rigide systeemregels buiten vallen. MIND vindt het onaanvaardbaar als deze situatie nog langer voortduurt en als juist de kwetsbaarste groep ggz-cliënten niet de zorg krijgt die ze nodig heeft.

De argumenten van de staatssecretaris overtuigen allerminst. Volgens hem kan het Centrum Indicatiestelling Zorg pas mensen gaan werven en opleiden als de wet is aangenomen. MIND vindt dat het CIZ nu al ggz-expertise moet opbouwen en startklaar moet zijn op het moment dat de wet definitief is. De staatssecretaris verwijst verder naar financiële verschuivingen die moeten plaatsvinden tussen zorgkantoren, zorgverzekeraars en gemeenten. Dit zijn typische systeemproblemen. Als men bereid is om de cliënt centraal te stellen en de financiering patiëntvolgend te laten maken, dan is daar een oplossing voor te vinden.

Staatssecretaris Blokhuis pleit voor zorgvuldigheid om onrust en hiaten in de zorgverlening te voorkómen. Zijn aankondiging heeft echter een averechts effect, zeker omdat voor een grote groep cliënten beschermd wonen in de WMO het overgangsrecht per 2020 verloopt. De politiek heeft vier jaar verloren laten gaan; de tijd om alles precies volgens de regeltjes te doen is voorbij; er moet nu worden doorgezet. MIND roept de staatssecretaris op om met meer creativiteit en urgentie de blokkades in het systeem op te ruimen. De Tweede Kamer moet hem daar anders deze week toe dwingen in het Wlz-overleg van aanstaande woensdag.
 

22 maart - MIND stuurt brief naar Tweede Kamer: bied kwetsbare ggz-cliënten snel passende zorg!

Op 28 maart a.s. vergadert de Tweede Kamercommissie VWS over de Wet langdurende zorg (Wlz). MIND vraagt aandacht voor een snelle toegang tot de Wlz voor ggz-cliënten en voor een betere borging van cliëntbelangen bij behandeling in de Wlz.

Toegang doelgroep ggz tot de Wlz
Al meer dan vier jaar geleden heeft de Kamer de motie Bergkamp-Keijzer aangenomen om de toegang van ggz-cliënten in de Wlz te regelen. Pas het nieuwe kabinet heeft deze opdracht serieus opgepakt. Het jarenlange uitstel van deze beslissing heeft bij een deel van onze achterban voor veel leed en onzekerheid gezorgd. Wij krijgen regelmatig signalen van cliënten van wie de toestand verslechtert, omdat zij buiten de Wlz vallen en daardoor niet de juiste zorg krijgen. De druk op de naaste omgeving van deze cliënten is vaak gigantisch. Naar schatting gaat het om tussen 6.000 en 11.000 cliënten die nu ten onrechte geen aanspraak kunnen maken op zorg vanuit de Wlz.
MIND vindt het onverteerbaar als deze situatie nog langer voortduurt en als juist de kwetsbaarste groep ggz-cliënten niet de zorg krijgt die ze nodig heeft.

Staatssecretaris Paul Blokhuis heeft in het AO op 14 december jl. toegezegd te streven naar toegang van ggz-patiënten tot de Wlz per medio 2019. Tevens heeft de heer Blokhuis aangegeven om begin 2018 een nadere planning op te stellen om de toegang tot de WLZ mogelijk te maken voor ggz-patiënten. Wij wijzen erop dat in 2020 het overgangsrecht voor de laatste groep cliënten beschermd wonen in de Wmo afloopt.

Zoals gezegd is er een groep ggz-cliënten waarvan nu al buiten kijf staat dat hun zorgvraag geheel past binnen het Wlz-kader. Het gaat vooral om mensen die naast een psychiatrische aandoening ook een verstandelijke beperking hebben die niet voor het 18e levensjaar is vastgesteld; of om mensen die ernstige cognitieve beperkingen hebben als gevolg van langdurig medicatie- of middelengebruik. Uit casuïstiek die in het kader van de aanpak wachttijden wordt verzameld, blijkt dat betrokken hulpverleners en familieleden soms met hun handen in het haar zitten, omdat deze cliënten niet passen binnen de indicatieregels van het CIZ en dus geen toegang hebben tot de juiste zorg.
MIND wil dat de staatssecretaris extra maatregelen neemt om passende zorg te bieden aan mensen die tussen wal en schip vallen, zolang de toegang van ggz-cliënten tot de Wlz niet geregeld is. Een middel hiervoor kan zijn het instellen van een doorzettingsmacht, een mogelijkheid die ook in het regeerakkoord genoemd is.

Lees hier de hele brief

 

langdurende zorg
Meer nieuws