Euthanasie bij ondraaglijk psychisch lijden
Sinds 2002 is euthanasie in Nederland mogelijk en sinds 2018 kent Nederland de richtlijn Levensbeëindiging op verzoek bij patiënten met een psychische stoornis. MIND voert over het onderwerp euthanasie bij ondraaglijk lijden al langere tijd gesprekken met haar achterban: mensen die zelf te maken hebben (gehad) met dit onderwerp.
Actuele cijfers
Het aantal mensen bij wie euthanasie vanwege psychische klachten wordt uitgevoerd, groeit. In 2011 betrof dit nog 13 patiënten met een psychische aandoening. Sindsdien is dit aantal bijna vernegenvoudigd tot 115 in 2022 (bron: Regionale Toetsingscommissies Euthanasie).
Euthanasiewet
Artsen kunnen in bijzondere gevallen een patiënt helpen met sterven door middel van euthanasie of hulp bij zelfdoding. Artsen mogen dat alleen doen als een patiënt daar zelf om vraagt. De arts moet zich houden aan alle 6 zorgvuldigheidseisen uit de wet. In de wet staat ook hoe achteraf het werk van de arts gecontroleerd moet worden. Alle regels die gelden bij euthanasie of hulp bij zelfdoding staan beschreven in de Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding (Wtl), ook wel de euthanasiewet genoemd.
Standpunt MIND over euthanasie bij ondraaglijk psychisch lijden
MIND vindt dat mensen die ondraaglijk psychisch lijden en dit als uitzichtloos ervaren, het gesprek moeten kunnen voeren over de gevolgen van dit lijden. Eén van de gevolgen kan het hebben van een doodswens zijn. MIND vindt het belangrijk dat deze wens erkend wordt en mensen een luisterend oor vinden als zij hierover willen spreken. Bij hun behandelaar of andere professionals, bij lotgenoten en/of bij ervaringsdeskundigen. Wij vinden dat mensen vervolgens, onder voorwaarden en voorzien van goede informatie, toegang moeten kunnen krijgen tot een euthanasie-traject.
We vinden dat er aandacht moet zijn voor het proces voorafgaand aan de aanvraag; voor iedere persoon betreft het immers een maatwerktraject. Toch formuleert MIND in algemene zin een aantal voorwaarden of uitgangspunten:
De eerste voorwaarde is dat dit op initiatief van de patiënt gebeurt. En dat ‘euthanasie’ niet als behandeloptie door een behandelaar wordt aangeboden. Professionals moeten daarom nooit spreken over ‘uitbehandeld’: ook buiten de ggz kunnen oplossingen bijdragen aan (gedeeltelijk)herstel of het leren leven met de aandoening. Het is de taak van professionals om mensen te blijven motiveren, klachten te verlichten en te begeleiden naar mogelijkheden.
Tweede voorwaarde is dat de ggz goed en toegankelijk moet zijn. Een vraag naar euthanasie mag niet het gevolg zijn van lange wachttijden, ontoegankelijke, onbetaalbare of onvoldoende kwalitatieve zorg. Patiënten met zwaar psychisch lijden en een eventuele aanhoudende doodswens moeten tevens kunnen rekenen op een veilige woonomgeving, zingeving en activiteiten. Waarbij het netwerk (naasten) van de patiënt zoveel mogelijk betrokken wordt. Eigen regie van de patiënt, samen beslissen en maatwerk zijn essentieel.
Derde voorwaarde is dat mensen binnen en buiten de behandelsetting kunnen spreken over hun psychisch lijden en hun eventuele doodswens. MIND pleit daarom voor ondersteuning vanuit het sociaal domein door middel van een landelijk dekkend netwerk van zelfregie- en herstelinitiatieven. Deze laagdrempelige locaties bieden mensen de ruimte om open en gelijkwaardig met lotgenoten en/of ervaringsdeskundigen te spreken en te luisteren. Over hun psychische lijden, maar indien gewenst ook over de dood en euthanasie.
Een vierde voorwaarde is dat er voldoende aandacht moet komen voor naasten van mensen die psychisch lijden en een euthanasie-traject starten. Ook tijdens een euthanasie-traject is samenwerking in de triade (zorgverlener, cliënt en naaste) essentieel. Wij pleiten ervoor dat naasten in ieder geval eenmalig hun visie kunnen delen en de context vanuit hun optiek kunnen schetsen. Passende ondersteuning voor naasten van mensen met een doodswens zou vanzelfsprekend moeten zijn.
Een vijfde voorwaarde, tot slot, is dat in alle communicatie en media-uitingen over euthanasie, neutraliteit voorop moet staan. MIND vindt dat hierin ruimte moet komen voor verschillende ervaringen met ondraaglijk psychisch lijden. Daarnaast moet er meer aandacht komen voor de impact van de berichtgeving over euthanasie op de ontvanger. In elk geval door ontvangers erop te wijzen waar zij terecht kunnen als ze geraakt worden door dergelijke berichtgeving en behoefte hebben aan napraten of een adviesgesprek met een hulpverlener; bijvoorbeeld bij MIND Korrelatie.
Actuele werkgroepen en samenwerkingsverbanden rond euthanasie
Werkgroep suïcidepreventie
De werkgroep suïcidepreventie geeft het beleidsteam van MIND gevraagd en ongevraagd strategisch advies vanuit het cliënten- en naastenperspectief en rapporteren aan het bestuur. Euthanasie bij ondraaglijk psychisch lijden is als onderwerp meegenomen binnen het MIND Beleidsspeerpunt Suïcidepreventie 2021.
Uitwisseling tussen ervaringsdeskundigen
Er is regelmatig uitwisseling tussen KEA, Stichting in liefde laten gaan, de NVVE en MIND. Daarnaast wordt ervaringskennis vanuit de bredere achterban van MIND gehoord en meegenomen in onze belangenbehartiging. Onze kennis en ervaringen delen we verder met ThaNet en de NVvP.
Werkgroep Akwa ggz zorgstandaard suïcidaal gedrag
Akwa ggz standaarden komen in samenwerking tussen diverse partijen tot stand. MIND nam in 2018 deel aan de werkgroep om de Akwa ggz zorgstandaard suïcidaal gedrag mede tot stand te brengen.
Tijdlijn belangenbehartiging
- Input op NVvP richtlijn suïcidepreventie die nu herzien wordt: 2024
- Brede bijeenkomst over euthanasie in psychiatrie, georganiseerd door VWS: mei 2024
- In juni 2023 debatteerde de Tweede Kamer over medische ethiek. Wij riepen in onze brief aan de Kamer op om meer gebruik te maken van ervaringsdeskundigen en organisaties in het sociaal domein bij de voorlichting over euthanasie.
Meer informatie
Deze pagina wordt continu aangevuld op basis van nieuwe ontwikkelingen. In geval van vragen kun je terecht bij Monique van den Eijnden.
Advies of hulp nodig?
MIND vindt het belangrijk dat het gesprek over euthanasie – net als bij alle vormen van psychische en psychosociale problematiek – goed wordt gevoerd en dat mensen hier openlijk over kunnen praten.
We zijn ons ervan bewust dat er vele sentimenten leven rondom euthanasie bij ondragelijk psychisch lijden. De mensen die op zoek zijn naar meer informatie over dit onderwerp kunnen terecht bij de volgende organisaties:
- Expertisecentrum Euthanasie: begeleidt artsen bij euthanasietrajecten van hun patiënten en verleent zorg aan hulpvragers die bij hun eigen behandelaar niet terecht kunnen.
- Stichting KEA: kenniscentrum euthanasie bij psychische aandoeningen.
- ThaNet: is opgericht om de zorg voor mensen met een euthanasieverzoek of persisterende doodswens te verbeteren.
Ervaar je mentale problemen, loop je even vast of maak je je zorgen om iemand? Ook dan kun je contact opnemen met MIND Korrelatie.